8.2 Niemand is geïnteresseerd in jouw Bitcoins

Photo by Theo Gosselin

Scroll this

8.1 nog niet gelezen? Geen zorgen, die vind je hier

Nieuw tot het verhaal? Begin dan bij 1.1.


Je kan maar tijdelijk voor jouzelf wegrennen. Daar kwam ik op de harde manier achter. Het is onmogelijk om in een paar dagen te veranderen. Je kan jouw oude gewoontes en jouw tekortkomingen negeren maar volledig verdwijnen zullen ze nooit. Wat een dwaas was ik toch om te denken dat ik ze simpelweg kon negeren en alsof ze nooit bestaan hadden. De drang naar drank groeide met de dag. Mijn vingers werden onrustig en soms was dat het enige waar ik aan kon denken.

Ik bekende het aan Layana. Ze gaf me een onsympathieke preek en de woorden: zwak, lafaard en zelfdestructie hadden er een prominente rol in. Geïrriteerd stond ik op, liep naar de achtertuin en klapte de deur woest achter me dicht, maar toen ik eenmaal de sigaret had aangestoken besefte ik me dat ze gelijk had. Een vluchtige blik naar binnen en een onverwacht moment van oogcontact met Layana en de spanning was verdwenen. Zo simpel kon het soms zijn. Layana. Mijn beste Layana. Wat was het toch een engel, mijn geschenk dat ik niet verdiende, de grote zus die ik schijnbaar nodig had.

Hoewel de spanning met Layana was verdwenen stond die in mij nog op scherp. Het escaleerde toen ik mijn dag moest spenderen naast Tim. Zijn stem begon langzaam als een zeurende piep in mijn oren te klinken, eentje die met de minuut erger werd.  Mijn geluk was dat Lianne tegenover me zat. Maar haar aanwezigheid was onvoldoende, want toen Tim ‘’Bob.’’ zei en nadat ik niet reageerde mijn naam in zijn kenmerkende monotone stem begon te herhalen ‘’Bob. Hey Bob. Boooob’’ kwam de spanning als een stortvloed uit me.

‘’Wat moet je!?’’

Hij verschoof even van de plotselinge kracht in mijn stem.

‘’Heb je de bitcoinkoers gezien?’’

Ik zuchtte en wreef met mijn handen door mijn gezicht. Met mijn ogen verborgen in mijn vingertoppen vroeg ik met een sarcastische toon: ‘’Nee. Wat?’’

‘’Ze zijn weer gestegen, Bob. Wil je weten hoeveel winst ik heb gemaakt?’’

Oh. Ik probeerde me in te houden. Ik probeerde me zo erg in te houden. Mijn vuisten waren gebald, ik ademde diep in, keek even naar Lianne wiens ogen mijn antwoord stilzwijgend anticipeerde en met spanning op mijn kaken verloste ik een gemaakte lach en zei: ‘’Nou, mijn beste Tim, vertel.’’

Er ontstond een flikkering in zijn ogen. De interesse die heb geschonken werd leek hem een bepaalde vreugde te geven. Zijn stem kreeg een enthousiaste toon terwijl hij ‘’1.500!’’ zei. ‘’Als het zo doorgaat, dan hoef ik niet meer te werken.’’

Lianne was een stille observeerder van ons gesprek. Haar ogen vielen af en toe op mij, alsof ze iets probeerde te ontcijferen, het antwoord op een raadsel probeerde te ontrafelen. Ik nam een slok van mijn koffie, in de hoop dat Tim me verder met rust zou laten maar hij bleef doorratelen. Hij gooide met wat namen van andere cryptovaluta, preekte dat ik er ook moest instappen en beloofde me alle rijkdom van de wereld.

Ik kon zijn stem even niet meer aanhoren en terwijl mijn gezicht opnieuw in de palmen van mijn handen lag schreeuwde ik uit: ‘’Kan je alsjeblieft…’’ Enige twijfel ontstond of ik het moest uitspreken maar ik besloot ervoor om er simpelweg voor te gaan. ‘’Alsjeblieft jouw bek gewoon houden, Tim? Niemand boeit het iets. We weten allemaal dat je hier over twintig jaar nog steeds zit. Ik misschien ook. Dus laat me alsjeblieft mijn tijd uitzitten voordat ik mijzelf uit het fucking raam flikker zodat ik de naam ‘bitcoin’ nooit meer hoef te horen!’’ Toen eenmaal de verbale gal begon te stromen kon ik niet meer stoppen. ‘’Want laten we eerlijk zijn. Niemand imponeer je en stiekem hopen we allemaal dat je genoeg winst maakt zodat je niet meer hoeft te werken, want dan kunnen we eindelijk in rust en stilte onze kantoordroom uitzitten zonder jouw zelfvertrouwen constant te moeten bijspijkeren!’’

Terwijl het gif door de kantoorruimte dwarrelde kon ik alleen maar denken: ‘’Arme Tim. Arme, arme, Tim.’’ Zijn onderlip begon te rillen, zijn ogen stonden wagenwijd open en zijn fragiele lichaamsbouw leek plotseling nog fragieler. Ik keek Lianne aan, ook zij was geschrokken van mijn plotselinge uitspatting. Ik ook. Mijn ademhaling was zwaar en onritmisch en ik besefte me op dat moment pas dat ik was opgestaan en met gebalde vuisten regelrecht voor Tim stond.

De gehele ruimte was stil. Tim zat trillend, zo ver als hij kon achterovergeleund in zijn stoel en ik dacht dat ik vaagjes een traan in zijn ooghoek zag opkomen. Lianne staarde me met open mond aan. Het was pas toen Olivier zijn luide, zware stem mijn naam riep. Ik ging met mijn hand door mijn haren en keek Olivier aan. Hij maakte er geen woord aan vuil en met een woeste wijsvinger commandeerde hij mij de vergaderruimte in.

Met een zucht en gebogen hoofd volgde ik zijn order op met de gedachte dat de kantoordroom in vlammen was opgegaan. Terwijl Olivier de deur achter zich dichtgooide kon ik alleen nog maar: ‘’Fuck.’’ Mompelen.

‘’Fuck. Fuck. Fucking fuck.’’


8.3 lees je hier.

Wil je in de tussentijd meer lezen? Check dan Kyra’s Adventures, het essay wat ik onlangs heb gepubliceerd of lees het eerste deel van La speranza è l’ultima a morire. Of luister de playlist die ik speciaal voor Bob’s Adventures heb opgesteld. 

Foto door: Theo Gosselin