8.31 nog niet gelezen? Geen zorgen, die vind je hier
Nieuw tot het verhaal? Begin dan bij 1.1.
Maanden vlogen voorbij in een ware gaap. Ik knipperde en de volgende dag was aangebroken. Hetzelfde ritme. Dezelfde gebeurtenissen. Constante herhaling van hetzelfde werk. Het geld druppelde binnen, toen ik op mijn rekening keek had ik meer geld dan ik wist wat ik ermee moest. Het was een luxe positie. Ik kocht voor mijzelf boeken, elke dag kwam er wel een binnen. Ook al had ik de tijd niet om ze allemaal te lezen, het was een aparte geruststelling dat ze er waren, dat ik de kon oppakken en lezen wanneer ik wilde. Het gaf me een optie. En dat was wat ik altijd wilde. Opties, mogelijkheden om mijn leven aan te besteden. Elke letter die ik las was een echo van Damian. Al was het Bukowski, Keroack of Hunter S Thompson, het deed me allemaal denken aan die arme jongen. Het nihilisme van Cioran, het complexe karakter van Dostojevski en de waanzin van Martin Amis.
Soms leek het op een ritueel wat ik moest uitvoeren. Staren naar de gedrukte letters op het papier, hallucineren naar andere werelden terwijl ik in de werkelijkheid enkel maar voor mij uit staarde. Het was een vlucht, een ontsnapping aan de gaap van het bestaan wat ik leed. Mijn handen bleven kriebelen, verlangend naar enige vorm van sensatie. Mijn hart was gevuld met een honger naar adrenaline, naar spanning, naar de waanzin van wat het leven allemaal kon brengen.
Het werd steeds duidelijker dat ik in het oog van de storm juist de rust vond. In een chaos van sirenes, schreeuwende stemmen en secondes die een eeuwigheid leken te duren. Oh, kon ik maar van een berg afplassen en schreeuwen dat ik de meester van de wereld was.
Misschien was er iets mis met mij, misschien zat het simpelweg in mijn natuur, wat ik het ook was, ik wilde er niet teveel over denken. Er zat een schreeuw in de verte. Layana’s verlangen om weg te gaan had iets in mij losgemaakt, een angst, de vrees om alleen te zijn. Zij was even een constante in mijn leven die ik graag dichtbij me wilde houden, een stukje herkenning in een anders onherkenbare wereld.
We hadden er sindsdien niet meer over gesproken. Hopelijk schoof ze het maar op de wijn, omdat ze er eigenlijk niet over na wilde denken. Maar verandering lag op de loer. De perfecte eentonigheid en gewenning stond op het punt om geëlimineerd te worden. Nee, geëxecuteerd. Bruut, genadeloos en bloederig, alles in de naam van vooruitgang. Bij de gedachte ervaarde ik een vreemde vorm van masochistische euforie en angst. Iets in mij snakte naar de verandering, naar de onwetendheid van de toekomst maar tegelijkertijd was er dit vijfjarig jongetje in me, dat klaar was met verandering en smeekte dat alles voor eventjes bleef zoals het was.
Zodat die op adem kon komen.
Zodat die zichzelf kon oppakken.
Misschien bedoelde Bukowski dat met zijn Bluebird.
Maar de andere stem was te krachtig. Te autoritair. Het kleine jongetje werd meedogenloos in zijn eenzame hoekje geduwd, geordend om te zwijgen, om zijn bek te houden en dat deed hij ook. Zonder een maar of een smeekbede.
Verandering was goed.
Dat praatte ik mijzelf aan.
Verandering was goed, jongen.
Vooruitgang is verandering.
Ontwikkelingen zijn wijzigingen.
Een comfortzone is een plek van luiheid en passiviteit. Grijp elke kans aan om een comfortzone te elimineren. Wees oncomfortabel. Lach met spanning en zenuwen. Zo ga je verder. Zo word je iemand. Zo bevrijd jij jouzelf van het idee dat je het slapste excuus voor een mens bent. Wellicht kan je op een dag in de spiegel kijken en eindelijk denken dat je niet een veredeld stuk stront bent. Voor die wens, voor dat verlangen moesten offeringen komen.
Ik was hard voor mijzelf, omdat niemand anders het deed.
Althans, dat was de conclusie die ik bij Melissa neerlegde. Met een gemaakte desinteresse vertelde ik haar over mijn plan. Ze juichte het doe. ‘’Dan heb je tenminste een diploma en kan je daarna kijken wat je echt wil. Maar dan is dat diploma tenminste binnen.’’ Het voelde alsof ik een ticket voor het leven moest bemachtigen. Mijzelf door de molen moest halen om gezien te worden door de maatschappij zodat ik beloond kon worden met een huis, een nutteloze inboedelverzekering en bier. Het voelde onnatuurlijk aan, maar alsnog zei de verbale zweep dat ik het moest doen.
‘’Maar ik weet eigenlijk niet of ik het wil.’’ Zuchtte ik uit.
Er kwam een blik vol verassing op haar gezicht.
‘’Weet je wat je wel wil dan?’’
Ik lachte in ironie.
‘’Dat is het probleem. Dat weet ik niet. Soms lijkt het echte diploma wat je in het leven moet behalen te bepalen wat je met het verdomde leven wil.’’
Ze bleef stil. Beet op haar pen terwijl haar ogen mijn bestaan aan het uitkleden waren.
‘’Regelmatig vraag ik me af waarom ik hier ben. Wat mijn nut hier op aarde is. Waar ik voor gemaakt ben, maar elke keer kom ik tot de conclusie; ‘niets’. Er is geen reden dat ik hier ben, althans, geen grote universele reden. De enige oorzaak dat ik hier ben is dat mijn ouders besloten om seks te hebben zonder condoom. Dat is het. Een simpele toevalligheid, wellicht een vlaag van onverantwoordelijkheid, en daar ben ik uitgekomen. Als een levenslange herinnering van een ondoordacht moment.’’
Eventjes keek ik uit het raam. De auto’s vlogen voorbij op de Fellenoord. De ene na de andere volgde en voor eventjes leek het alsof het enkel maar auto’s waren, zonder passagiers maar objecten die waren gemaakt voor de achtergrond. Een invulling voor iets wat anders leeg zou zijn.
Plotseling schoot er iets te binnen, er verscheen een grijnsje op mijn gezicht terwijl ik naar voren leunde. ‘’Want vertel me eerlijk, denk jij dat jij een doel hebt, een reden om hier te zijn, of is alles maar een afleiding zodat we niet over de dood na hoeven te denken?’’ Terwijl ik dat zei sloop er een toon van frustratie in mijn woorden. Melissa zag direct dat ik het niet persé tegen haar had maar meer tegen mijzelf. Ze slikte even. Dacht na.
‘’Maar kan je niet voor jouzelf een doel maken?’’
‘’En dan?’’
‘’Dan kan je leven.’’
‘’Is het zo makkelijk, ja? Bedenk iets waar jij jouzelf mee bezig gaat houden, doe dat en ga dood. Is dat het?’’
‘’In essentie wel, ja.’’
‘’Ha’’ zei ik met enige verbazing. ‘’Waarom voelt het dan nooit als genoeg?’’
‘’Zoals je zelf al eerder zei; je bent te hard voor jouzelf.’’
‘’Wie doet dat anders voor mij!?’’
Haar woorden raakte een gevoelige snaar, zonder dat ik het zelf doorhad stroomde er een donkere woede door mij heen. Ik realiseerde dat ik mijn hand had omgevormd tot een vuist, mijn ogen keken angstig door de kamer en het viel me toen pas op dat Melissa met enige spanning zichzelf achterover duwde in de stoel. Een ongemakkelijke stilte overnam de kamer. Mijn hoofd was hard opzoek naar woorden om de situatie te verlichten maar het enige wat ik kon uitspreken was: ‘’Sorry.’’
Melissa’s blik had een onverwachte analyserende ijzigheid, alsof ze niet fysiek maar mentaal een stap naar achter zette.
‘’Wat gebeurde daar?’’
‘’Wat?’’
‘’Waarom werd je boos toen ik zei dat je te hard voor jouzelf was?’’
Ik haalde mijn schouders op. Ditmaal weer in controle.
‘’Geen idee eigenlijk.’’
‘’Wil je gestraft worden?’’
Mijn ogen keken neerslachtige naar de grond. Opnieuw werd er een snaar geraakt die veel losmaakte. Oh. Ze bespeelde mij als een instrument en wist precies de juiste gevoelige en verborgen snaren te raken. Tranen marcheerde langzaam achter mijn ogen maar om de een of andere reden gaf ik ze geen toestemming om de vrije wereld te betreden. Er passeerde een minuut, toen een tweede en in de derde keek ik Melissa aan. Gebroken, verdrietig wellicht maar zeker emotioneel. Ik knikte. Wilde iets zeggen maar slikte de woorden door. Toen kwam ze opnieuw, ik kreeg er een paar klanken uit en na meerdere poging wist ik uiteindelijk te zeggen:
‘’Het is niet dat ik gestraft wil worden, het is dat ik gestraft moet worden.’’
Als je toch bezig bent, lees dan gelijk 8.33. Deze vind je hier.
Ontvang elk verhaal elke week via What’s App met een losstaande tekst. Gebruik deze link om je aan te melden.
Wil je in de tussentijd meer lezen? Check dan Kyra’s Adventures, een van de essays die ik onlangs heb gepubliceerd of lees het eerste deel van La speranza è l’ultima a morire. Of luister de playlist die ik speciaal voor Bob’s Adventures heb opgesteld.
Foto door: Troy Freyee